INTERESSANT!


25.Apr.2024 05:09

MISTER AKKUT WHERE ARE THE POSTERS?

september 13th, 2010

Mijn relatie met The Golden Earrings is heel speciaal, al zeg ik het zelf. 
Ze hadden zich genoemd naar een slap hitnummer van Peggy Lee, maar voorts zagen ze er prima uit.
Een van mijn eerste singeltjes was het fameuze nummer "That Day", een singeltje dat ik helaas bij een feestje heb laten liggen. Ik was er dus vroeg bij.
"Sound Of The Screaming Day" (met op de keerzijde  het mindere "She Won’t Come To Me") op Polydor met oranje label S 1244 uit 1967, is ook zo’n fantastisch nummer.
In begin 60-er jaren kreeg een nichtje van mij nog verkering met Frans(je) Krassenburg (voorzanger van de band; en zo zag ie er ook uit) tijdens een vakantie op Ameland.
Kun je nagaan.
En later leerde ik de originele drummer Fred(dy) van Hilst kennen, aardige man, en die is nog steeds een kunstfactor van belang in Rotterdam.
En nog later maakte de extra lange versie van "Radar Love" op mij en heel Amerika grote indruk.
Ook een krantenbericht dat de nieuwe drummer wapens in zijn flightcases had gesmokkeld (zonder verdere uitleg) vond ik een stoer verhaal.
De belangrijkste albums zitten dan ook in mijn vinylcollectie.
Kortom niks verkeerds aan.

In mijn carriere bij het syndicaat Herman Brood, interviewde ik met Herman Rinus Gerritsen voor het fanclubblad van de Herman Broodfanclub. Herman was een grote fan van deze sympathieke bassist. Zijn bassolo in "Eight Miles High" leverde hem bijna een plekkie op in de band van Jimi Hendrix per slot van rekening.

Een tijdje nadien organiseerde ik een van de eerste concerten van Dire Straits in Concertgebouw De Vereeniging in Nijmegen.
Diezelfde maand zou daar The Golden Earring (inmiddels zonder s aan het eind) optreden. Ongelukkigerwijs waren alle posters van de Earring (zoals ze weer later genoemd moesten worden) overgeplakt met posters van Dire Straits. Niet dat die shows niet verkochten, maar ik had in overleg met de manager van Dire Straits posters laten maken met de (zeef)opdruk "uitverkocht".
Het concert van de Earring was echter niet uitverkocht, en dat leverde scheve gezichten en een vervelende discussie in de kleedkamer op. Gelukkig nam Rinus mij in bescherming voor een van de roadies die door overmatig nasaaldrugsgebruik mij ter plekke had willen onthoofden.
Ook de manager (de broer van Rinus; in de business nicknamed Bull Super) vergaf het mij.
Ik heb daarna nooit meer een poster met een dergelijke patsmededeling meer laten maken. En als ik wel eens door Amsterdam rijd, en van die posters zie van "uitverkocht dit en dat", dan moet ik aan Dire Straits denken. 
Maar ik moet ook altijd denken aan het mooie verhaal uit de overlevering over wijlen Paul Acket en zijn concert met Ray Charles in Carre.

Paul Acket haalde indertijd belangrijke artiesten, zeker als ze uitverkochten, zelf op van Schiphol. Een auto met chauffeur bracht Paul, de manager en Ray naar het Amstelhotel. Toen men Amsterdam binnenreed keek de manager door de raampjes aandachtig naar buiten. "Mister Akkut, where are the posters?"
Paul Acket, een zuinig man van de oude stempel, reposteerde in zijn beste Engels: "It is sold out, Sir, and then we do not posters". En daar dacht ie dan achteraan "zonde van mijn geld".
De manager boog zich voorover opdat Ray de discussie niet kon meebeleven, en sprak de gevleugelde woorden: "Mister Akkut, Ray wants to see the posters!"

In een volgende carriere was ik behoorlijk verantwoordelijk voor de programmering van Pinkpop. Jan Smeets wilde elk jaar wel de redders van de eerste editie laten terugkeren op zijn feestje. Maar de zogenaamde programma-commissie van Pinkpop dacht daar telken jaren anders over. En ik vond indertijd dat er niet echt redenen waren om de band op te stellen, ze hadden een slappe periode achter de rug, en ze hadden zelfs overwogen om er voorgoed mee te kappen.
Op een gegeven moment was de commissie toch gezwicht, maar de band ging niet met de billing accoord. Men wilde niet erkennen dat het op dat moment grotere goden gaf als Rage Against the Machine en Pearl Jam. "Nou, dan maar niet", was mijn conclusie.
Dat werd mij m.n. door de huidige voorzanger niet in dank afgenomen, en had ie het er vaak over dat ik de reden was waarom ze niet op Pinkpop mochten spelen; naar verluidt, want ik heb hem er nooit zelf over gesproken.

Ook ben ik nog steeds stagemanager bij het Haagse popfestival Parkpop.
Ik weet niet meer precies in welk jaar, maar het gaf een jaar dat de programmeur, wijlen John van Vueren, er eindelijk met veel gebedel in geslaagd was om de band te strikken voor een spot op zijn feestje.
Een dag voor het festival kreeg ik een telefoontje van Van Vueren. In zijn eigen Haags, een meestal met de meest fantastische ziekten doorspekt taaltje, begon hij een ingewikkeld coke-verhaal.
"Je kunt het niet, mag het niet, weet je wel, je weet wel. Kanjer, tyfus, godverdegodver, weet je wel."
Enfin, het kwam er op neer dat de band niet wilde dat ik de stagemanager zou spelen op hun podium.
"Je moet ruilen met Neus" (.a.k.a. Harry Kassing van het gelijknamige truckingbedrijf en op goede voet met de band, want hij had ooit nog eens in de crew gezeten)
Harry vond het allemaal wel komisch, en ik kon om zoveel ego-problemen ook wel lachen.
"Ok, John, doe maar rustig an, ik doe dat andere podium wel, ik zit er totaal niet mee."
Ik kon door de telefoon heen voelen dat Van Vueren peultjes had gezweet.
De volgende ochtend rijd ik, na het jaarlijkse pasjes-misverstand bij de entree, de backstage op. Rechts van de splitsing trof ik een soort opstootje aan, en ik herkende de truck van de Earring en een aantal officials waaronder Freddy Haayen.
John van Vueren kwam als een speer met zijn kleine beentjes aangestept. Ik draaide m’n raampje open en John spuugde zo ongeveer de volgende zinnen naar binnen met veel consumptie: "Godverdegodver kut kanker typhus. Venema fuck off hier, zo krijg ik zometeen nog meer geouwehoer, kankerstront!"
"Ok John, calm down. Wat is er eigenlijk aan de hand?"
"Hay heeft vannacht zijn stem verloren, die kankerlijer, godverdegodverkutkanjer!"
"Hoe is dat nou zo gekomen John?"
"Weet ik veel, ouwehoer, kutkutkut, een half jaar lopen ouwehoeren met die gasten, en nou gaat t niet door"
Op dat moment kwam er een bandofficial naast van Vueren staan. Enigszins gevat dacht ik leuker dan de deurklink te zijn en beet hem fijntjes toe: "Dan had ie maar niet zoveel onzin over mij moeten lopen lullen, had ie nu z’n stem nog gehad!"
Van Vueren kreeg bijna ter plekke een hartaanval.

Weer een paar jaar later kwam iemand mij vertellen dat Hay pissend op mij was, want ik zou hem de toegang tot het Pinkpop-terrein verboden hebben.
Gek genoeg wist ik niet waar ie dat nou weer vandaan had.
Na enige recherche kwam achter de ware toedracht van deze gedachtenkronkel. De zanger had gelezen dat de Canadese groep The Tragically Hip op Pinkpop zou optreden. Barry had de band in Canada tijdens een tour kennelijk leren kennen. Of ie nou door de groep wel of niet was uitgenodigd weet ik tot op heden nog niet, maar Barry had de jeep gepakt, en was richting Limburg gereden. Vanuit de auto had ie naar Buro Pinkpop gebeld en om backstage-pasjes gevraagd. Op het kantoor van Jan Smeets had een stagaire Hay helemaal afgezeken en proberen af te schepen omdat ie niet geloofde dat ie Barry Hay aan de telefoon had. Uiteraard dacht Hay dat ik die stagaire was geweest. Ik wist echt van niks.

In 2005, ik was al niet meer bij de programmering van Pinkpop betrokken omdat ik er een jaar eerder bij Mojo uitgeflikkerd was, werd ik gewoon weer door Jan Smeets uitgenodigd voor de traditionele persconferentie.
Omdat toen wel de Earring op het programma stond, mocht Hein Fokker voor de NPS wat filmpjes voor op het grote scherm in Paradiso maken. Een van de interviews was een praatje over Pinkpop met Barry Hay.
Een dag voor de poppekast werd ik door de NPS gebeld met een rare vraag met veel gestotter. "We hebben een interview met Barry Hay gedraaid voor Pinkpop. En nou maakt ie in zijn praatje een vervelende opmerking over U. En we willen weten of U bezwaar heeft tegen de vertoning."
"Nou nou, wat heb ik nou weer misdaan?"
"Niks, maar U wordt uitgemaakt voor concentratiekamp commandant…" 
"Ach mevrouw, I couldn’t care less, als ik maar een kopie krijg voor op mijn weblog"
In het filmpje legt de zanger uit dat de band jaren is geboycot door mij in mijn functie van kampcommandant van het concentratiekamp Pinkpop of iets van dier voege.
Ik heb meerdere malen dit filmpje opgevraagd bij de NPS en bij Hein Fokker, maar nooit een kopie voor deze weblog gekregen, omdat men "bang is voor gelazer".
Het optreden op Pinkpop was ongeveer het minste dat ik ooit van deze geweldige band zag. Niks bijzonders en zeer routineus.

Een paar weken geleden speelde na k’s Choice en Ed Kowalczyk de Earring op BOA in Lieshout. Het was nog steeds niet veel beter dan het optreden op Pinkpop.
Backstage stonden een paar flightcases van de band. Ik was mijn Sony Cybershot vergeten, maar Albert (ik zal zijn achternaam maar even weglaten) was zo vriendelijk voor mij een paar veelzeggende plaatjes te schieten.
SNC01914 SNC01918
Ik liep naar m’n auto om naar huis te rijden. Organisator Mark Buro van Horik was net bezig om een inderhaast op streng verzoek van de band georganiseerd bankstel uit een bestelauto te trekken en in een van de barakken in te slepen. In de rider staan namelijk 2 bankstellen en niet 1, kreeg ik nog net te horen.